Techniek in de modulebouw

Wetenswaardigheden over vochtbescherming, brandveiligheid en geluidsisolatie

De modulebouw realiseert tegenwoordig hoogwaardige, aan de behoeften aangepaste gebouwen met optimale bouwfysische eigenschappen. Ook de gestandaardiseerde modulebouw van ALHO voldoet aan de eisen van de DIN 4102 inzake brandveiligheid. Er worden brandwerendheidsklassen tussen F30 en F120 gehaald. Deze resultaten worden door eigen, permanent uitgevoerde brandtests evenals door onafhankelijke brandveiligheidsrapporten van erkende keuringsinstituten bevestigd. De modulaire gebouwen van ALHO beschikken bovendien over een zeer goede, systeemgerelateerde geluidsisolatie. Door het dubbele wand- en plafondsysteem wordt niet alleen aan de respectieve geluidsisolatie-eisen voldaan, maar worden deze zelfs overtroffen. Door de systeemopbouw met zijn bouwfysische eigenschappen (koudebrugvrije constructie) wordt vochtindringing in de draagconstructie voorkomen. Verdere vragen over de modulebouwtechniek worden hieronder beantwoord.

Welke energienormen zijn realiseerbaar in de modulebouw?

Net zoals alle andere duurzaam opgetrokken gebouwen zijn ook modulaire gebouwen onderworpen aan alle geldende voorschriften inzake energie-efficiëntie. Ze voldoen dan ook aan de respectieve normen. Het wettelijk vereiste gebruik van hernieuwbare energiebronnen kan samen met de isolatie van de bouwelementen, de installatietechniek en de bescherming tegen oververhitting in de zomer probleemloos in de modulebouw van ALHO worden geïntegreerd. Bovendien is het mogelijk modulaire gebouwen te realiseren volgens strengere energienormen. Zo werden bijvoorbeeld een ziekenhuis volgens de passiefnorm en een kinderdagverblijf als EnergyPlus-gebouw gerealiseerd. De modulebouw van ALHO leent zich dus uitstekend tot energie-efficiënt bouwen.

Wat is de opslagcapaciteit van de droogbouwwanden?

De opslagcapaciteit van de droogbouwwanden speelt slechts een ondergeschikte rol. Bij de bescherming tegen oververhitting in de zomer ligt de nadruk op het verminderen van de interne, door mens en techniek veroorzaakte warmtelasten.

Hoe wordt de afwezigheid van koudebruggen aangetoond in de modulebouw?

Aan de hand van een gedetailleerde berekening van de koudebrugverliescoëfficiënten (en de voorstelling van het warmteverloop in de vorm van een isothermverloopgrafiek) werd een koudebrugcatalogus opgesteld die de basis vormt voor een exacte berekening van de isolerende eigenschappen van de gebouwelementen in het kader van het EnEV-certificaat (geen vaste toeslag).

Hoe zwaar is een module?

Een module voor kantoorgebruik weegt bijvoorbeeld zo’n 290 kg/m² bruto-oppervlakte zonder gevel en zonder definitieve dakbedekking.

Kunnen de modules roesten?

De staalconstructie van de modules wordt van een corrosiebestendige coating voorzien. Door de uitwendige thermische schil (dak, afschotisolatie en geïsoleerde gevel) wordt de moduleconstructie beschermd tegen schadelijke omgevings- en weersinvloeden en tegen corrosie.

Welke fundering is vereist bij modulair bouwen?

Bij modulaire gebouwen gebeurt de lastoverdracht via puntlasten, niet via oppervlaktelasten. Daarom volstaan punt- of strookfunderingen in de moduleassen. Afhankelijk van het bouwperceel zijn speciale funderingen mogelijk.

Welke bouwmaterialen worden in de modulebouw gebruikt?

In onze modulaire gebouwen gebruiken we uitsluitend op kwaliteit geteste materialen en merkproducten van Duitse fabrikanten, zoals Knauf, Isover, Schüco, Sto, Herholz en Keramag.

Hoe hoog is de vloer- of plafondconstructie?

Bij het dubbelwandige ALHO-plafondsysteem wordt een systeemplafondhoogte van ongeveer 40 tot 45 cm gerealiseerd, afhankelijk van de brandveiligheidseisen.

Bestaan er bestekteksten voor de constructie?

Indien nodig kunnen voorbeelden van bestekteksten voor de verschillende toepassingsgebieden worden aangevraagd.